Het leven in India is intens
De dag begon voor de afwisseling weer redelijk vroeg; om 07.00 uur opstaan, 07.30 uur ontbijt en om 08.00 uur op weg naar Madurai, de tempelstad. Ik had slecht geslapen omdat het zo'n 35C was in mijn slaapzaal omdat de airco het voor geen meter deed. Er waren in het gehele conferentieoord maar twee kamers met airco, dus mij hoor je niet klagen. Voor alle anderen was de situatie zo beroerd en het was nog twee maanden verwijderd van de warmste periode van het jaar. Bovendien gunde ik Jan zijn kamer met de goed functionerende airco. Maar slapen bij deze temperaturen behoorde voor mij niet tot de opties.
Ik had me al "ingelezen" voor deze dagtrip en wist dat het een ander hoogtepunt van de reis zou worden. Met zijn vijven (Jan, Hanny, Father Phillip, ik en de chauffeur) vertrokken we dus naar de tempelstad; een reis die ongeveer anderhalf uur duurde. Op de snelweg verbaas ik me telkens weer dat het verkeer zich aan geen enkele regel houdt. Spookrijders, brommers en fietsers midden op de weg, tuktuks afgeladen vol met mensen of topzwaar beladen met allerlei goederen... Bedenk het, en het gebeurt hier. Het meest van alles stoort mij het feit dat op de vierbaansweg iedereen random op de linker- of rechterbeen rijdt. Snelle verkeersdeelnemers passeren dus zigzaggend en luid toeterend de anderen. Daardoor ontstaan soms levensgevaarlijke situaties als degene die ingehaald wordt niet door heeft dat er iemand langszij komt en van rijbaan verandert. We zijn onderweg enkele serieuze ongelukken tegengekomen.
Toen we Madurai bereikten, zagen we de tempel van Minakshi Amman al hoog boven de stad uit toornen. Madurai zelf is typisch Indisch, vermoed ik. Het krioelt er van de mensen en het verkeer is nog chaotischer dan in de steden waar ik nu geweest ben. Het is dan ook echt een grote stad. Ook hier loopt het uitgemergelde vee los door de stad en liggen her en der honden te slapen. Af en toe tilt een Indiër zijn lendendoek op en poept gewoon langs de weg; geen mens die daar van opkijkt. De weg naar de tempel is dan ook veelkleurig én -geurig; je valt van de ene geur-/kleursensatie in de andere. Van hemels tot zeer aards.
Rondom de immens grote en prachtig onderhouden tempel met zijn veelkleurige en indrukwekkende torens, is het verkeersvrij gebied. Alleen voetgangers mogen hier komen. Aan het begin van het voetgangersgebied staat zelfs een half afgeschermd openbaar urinoir voor mannen. Door de indringende geur kunnen zelfs blinden hier hun weg naar vinden. Eenmaal bij de tempel is het helemaal schoon en ruikt het er zelfs fijn. Bedelaars, kooplieden en gidsen lopen met je mee en proberen je aanhoudend aan te spreken. Voor het eerst komen wij grote groepen blanke toeristen tegen. Tot nu toe kwamen we enkel in gebieden die voor toerisme oninteressant waren. Bij de ingang moesten we onze schoenen en sokken weer uitdoen, de tassen en camera's inleveren en konden we via een beveiligingspoortje en een bewaker naar binnen. De controle was best zwaar.
Toen we in de tempel kwamen, was ik overweldigd door de schoonheid van het gebouw. De overlevering leert dat de Shiva zelf is neergedaald op deze heilige plek om de hand te vragen van de Godin Minakshi. Dit is de plaats waar de feestelijke trouwpartij plaatsvond; de ontmoetingsplaats van de Dravidische cultuur en de Hindoeïstische traditie. Voor de Hindoes is dit een heilige plaats en niet-Hindoes mogen niet overal naar binnen. Woorden schieten tekort om de pracht van deze tempel te beschrijven. De veelkleurigheid van zowel gebouw als mensen die hier intens hun geloof beleven, gaat het verhalende te boven. Hier zijn poëzie en muziek de enige middelen om uitdrukking te geven aan wat deze plaats met je doet. Ik was zelden zo onder de indruk van een gebouw.
Na het bezoek gingen we naar een ontmoetingsplaats, iets buiten de stad om afscheid te nemen van Hieronimus. Terug in Vellamadam voelde het als thuiskomen; een koele kamer, vertrouwde mensen en rust. Het leven in India is intens.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}